Bijna 5 jaar geleden is ze, tegen haar zin, bij ons komen wonen. Niet iemand van dertien in een dozijn. Thuis, met alle mogelijke hulp, gaat het echt niet meer. Ze kan soms zeer tegendraads zijn.
Als verzorging, moeten wij haar nog leren ‘lezen’, zoals wij dat noemen.
Met vallen en opstaan gaat dat na verloop van tijd beter, ook al lukt dat bij de een wat makkelijker dan bij de ander. Ze houdt niet van dat ‘lievige’, maar van de stevige aanpak, omdat ze zelf ook zo in elkaar steekt. ‘Opmieteren’ kan je, als ze ergens niet van gediend is. De zorg voor haar is soms best wel een dingetje, met de nagelknipper kan je maar beter uitkijken.
Ze is een dierenvriend, haar hele leven omringd door katten en een hond. Ze trainde zelfs politiehonden en geloof me, je hebt het volste vertrouwen dat ze dat kon.
Haar grote liefde is Boris, een grote rode kater, haar alles. Bij ons kan Boris niet mee. Haar familie heeft een poezenmandje gekocht, met een nep Boris. Deze Boris ligt altijd in een mandje bij haar op schoot. Bij het koekjes uitdelen pakt ze er vaak twee, een voor haarzelf en de andere verdwijnt bij Boris in het mandje.
Bij binnenkomst kan je de stemming aflezen van haar gezicht. Goed gestemd: een liefdevolle klop op je wang of een kneepje in je zij. Dan noemen we haar ook wel eens Truusje.
Haar stemming in de mineur: gezicht op onweer, Boris op de grond en een koffie kopje dat over tafel vliegt. Dan is ze gewoon mevrouw de Vries.
Na verloop van tijd worden de goede momenten steeds minder, de mineur stemmingen komen steeds vaker voor. Ze weigert te eten en te drinken, verzwakt en vermagert, maar ze blijft een persoonlijkheid. Tot het laatste moment wil ze uit bed, ook al gaat dat eigenlijk niet meer. Uiteindelijk komen er twee weken waarbij ze niet meer van bed komt. Samen met een collega loop ik haar kamer in, ze slaapt diep door medicatie die je niet zomaar voorgeschreven krijgt.
We kijken elkaar aan, denken allebei hetzelfde. We pakken een schoon nachthemd, schoon beddengoed en toiletspullen. We kammen haar haren, maken haar nagels schoon en knippen ze ook maar gelijk, iets wat nu in alle rust kan.
Haar laatste schoonheidsbehandeling zoals mijn collega het zegt.
Het voelt goed, ‘ons’ Truusje ligt schoon en netjes in bed.
Ze heeft er waarschijnlijk niets van gemerkt, maar dit zijn nu de kleine dingen die het werken in de zorg zo mooi maken.
En nu: ‘ons’ Truusje is er niet meer. Ik mocht er bij zijn toen ze haar laatste adem uit blies.
Wat zullen we, ieder op onze eigen manier, deze markante persoonlijkheid gaan missen op onze woning…
Het is een bijzondere vrouw, en dat is ze!
Foto: stocksnap
-----------------------------------------
Ook een bijzonder verhaal in de palliatieve zorg om te delen? Schrijf dan mee, klik hier.
Meer weten over Zorg in de Stervensfase? Volg onze webinars over dit onderwerp in mei. Lees hier meer!